Spitsbergen
30 april 2017 - Preparing for Spitsbergen
Over een maand gaan we op ijsberenexpeditie; met een schip varen we een groot deel van Spitsbergen af om de machtige ijsbeer op te sporen. Onze verhalen vind je na onze reis hier terug.
7 juni 2017 - awesome trip
We zijn op dit moment onderweg naar huis en kijken terug op een geweldige reis. Hieronder staat alvast een beschrijving van het hoogtepunt van onze reis. Later voegen we meer verhalen toe.
Het hoogtepunt
Het is de vijfde dag van de ijsberenexpeditie en ik sta vol verwachting op het voordek van de 'Ortelius'. Al een paar dagen heb ik het gevoel dat dit dé dag gaat worden. Vandaag zie ik een ijsbeer, ik voel het!
Walvissen en walrussen
Het is tot nu toe al een geweldige reis; van de unieke situatie om 4 verschillende walvissen vlak bij elkaar te zien in de eerste baai die wij passeerden tot aan alle walrussen die ons vanaf de dag erna leken te achtervolgen. En van de schitterende uitzichten met ijs en sneeuw tot aan een vlakke zee in de stralende zon.
Maar niets lijkt erop te wijzen dat ik op een ijsberenexpeditie terechtgekomen ben. En terwijl expeditielid Bill in rap tempo de reis in beeld brengt met een aantal cartoons, begin ik mij af te vragen of ik misschien de “Walrus Special” heb geboekt.
Pakijs
We zijn de eerste dagen naar het noorden gevaren en op de tweede dag vlak voor middernacht aan de rand van het zware pakijs voor anker gegaan om op de ochtend van de derde dag met een duf hoofd tot de verbazingwekkende conclusie te komen dat het schip inmiddels door een aanwakkerende wind vast was komen te liggen in het zware pakijs. Het was een schitterend gezicht om totaal omgeven te zijn door ijs, maar het resulteerde erin dat expeditieleider Jan een andere koers koos. Nadat de gevatte Finse kapitein ons na uren ploeteren (het ijsbestendige schip is geen ijsbreker en eigenlijk niet opgewassen tegen zwaar pakijs) veilig uit het ijs manoevreerde, vertelde Jan dat het hier in het noorden vrijwel onmogelijk was om ijsberen te spotten vanwege de grote hoeveelheid ijs dit jaar. Voor een ijsbeer betekent dit dat z’n territorium enorm groot is, waardoor hij overal kan zitten. Z’n kans op een succesvolle tijd met een grote calorie-inname is dit jaar groot. Voor ons een nadeel, maar het stemde me blij voor de beren.
Tijdens een lezing over de ijsberen vertelde assistent-expeditieleider Arjen ons dat vorig jaar aanzienlijk minder pakijs aanwezig was. Zijn verwachting was dat er hierdoor deze winter geen ijsberen geboren waren op Spitsbergen, wat natuurlijk heel triest is.
IJsberen
De verandering van koers had ons naar het zuiden geleid. En nu sta ik op de vijfde dag in het Hornsund Fjord op het voordek op de uitkijk. Al snel zien we de sporen van een beer op de oever langs het ijskoude Arctische water en niet lang daarna wordt vanaf de brug omgeroepen dat er een ijsbeer op het landvaste ijs voor de gletsjer gesignaleerd is. Mijn hart maakt een sprongetje, maar omdat de beer nog ver weg is, duurt het een half uur voordat ik ‘m uiteindelijk weet op te sporen. Ik heb de afgelopen dagen wel geleerd dat het heel lastig is om afstanden in te schatten vanaf een schip met alleen ijs, sneeuw, bergen en water om je heen. Door de afwezigheid van begroeiing, is het maar de vraag hoe hoog een berg of hoe lang een gletsjer is. Hoe groot de beer is die je zoekt, is dus totaal onbekend en als je ‘m vanuit de verte ziet, dan is het slechts een bolletje dat een iets andere kleur heeft dan de sneeuw. Maar het lukt me uiteindelijk!
We volgen de beer zeker 15 km op de voet en al snel kunnen we er niet meer omheen; dit is écht een ijsbeer. Vanuit de zodiacs kunnen we ‘m uiteindelijk van dichtbij benaderen, prachtig! Tijdens de nabespreking op het schip, worden we wel met de neus op de feiten gedrukt: deze beer is dun en heeft dus moeite om aan eten te komen.
We weten dan nog niet dat morgen nog specialer wordt.
Op de zesde dag staan we voor het eerst op de brug, waar de kapitein en stuurmannen werken en wij als passagiers ook welkom zijn, zolang we niet te hard praten. Er zijn ook veel leden van het expeditieteam die geduldig staan te spotten naar beren. Na een tijdje is het raak en wordt een moederbeer met twee jongen gezien door Arjen, ver weg op het landvaste ijs. Ik doe mijn best om alle welgemeende Engelse en Nederlandse aanwijzingen van mijn medepassagiers in mij op te nemen, maar het is 1 grote brij aan stenen, rotsen, ganzen op een rots en gaten in de gletsjerwand die ik eerst moet zien te vinden, voordat ik überhaupt een idee heb waar ze zich bevinden. Hoe ver is “ver op het ijs”? Het lukt me niet om de beer te spotten vanaf de brug en ik verdwijn naar buiten, om in ieder geval het raam als extra struikelblok weg te nemen. Daar staat passagier Henk die met heel simpele aanwijzingen weet uit te leggen waar de beren zijn. En nadat ik een uur heb getuurd, heb ik zowaar een speld in de hooiberg gevonden. Het zou voor mijn gevoel net zo goed een mier kunnen zijn waarnaar ik sta te kijken en ik vraag mij af hoe Arjen hierin “duidelijk 3 beren” ziet. Nee joh, ik ben al blij dat ik 1 hoopje heb gevonden. Het hoopje is te ver weg en zeker als het hoopje ook nog stopt met lopen en besluit een tukkie te gaan doen, gaat het schip weer verder.
Maar niet lang daarna volgt een nieuw omroepbericht waarin wordt aangekondigd dat de 3 mieren weer zijn gaan lopen en dichterbij zijn gekomen. Ik krijg een adrenalinestoot; dit had ik niet verwacht en als we opnieuw bij het ijs komen, zie ik door de verrekijker zowaar 3 mieren en ze komen alsmaar dichterbij! Terwijl alle 120 passagiers, maar ook alle leden van de crew zich naar 1 kant van het schip begeven, zie ik de mieren langzaam uitgroeien tot echte ijsberen; een moeder met 2 jongen die nu een half jaar oud moeten zijn. Dit is het mooiste dat ik me maar kan voorstellen, zeker met Arjens woorden in mijn achterhoofd en ik merk dat ook het expeditieteam onder de indruk en blij verrast is. Het drietal is even nieuwsgierig naar ons als wij naar hen; ze lopen naar de rand van het pakijs, waar ons schip dobbert. Dan zie ik een zeehond in het water en moeder beer begint te rennen, maar helaas is de zeehond te snel voor haar. Ook een tweede poging volgt, maar moeder beer zakt door het ijs. De jongen blijven keurig naast elkaar op het ijs zitten als moeder weer op het ijs krabbelt. De zeehond blijft weg, maar de beren blijven ons volgen en wij volgen hen. De kleintjes maken zich groot door op hun achterpoten te staan en bekijken ons van alle kanten; het is net alsof ze ons nadoen. Dit kan niet beter worden; dit is absoluut het hoogtepunt van een fantastische reis!
Ik heb geen idee hoe lang ik sta te genieten, als er wordt omgeroepen dat we ze met rust laten, maar het is perfect dat we elk ons eigen weg weer gaan. En terwijl hoofd catering DJ blij is dat het diner met slechts een half uur is vertraagd, hoop ik maar dat moeder beer ook snel wat te eten bij elkaar kan scharrelen.
9 juni 2017 - triplog
Hieronder vind je een reisverslag van onze reis.
Geplande route:
Gevaren route:
Algemene feiten
Grootte van het expeditieschip: 91 meter lang, 17,6 meter breed
Aantal passagiers aan boord: +/- 120
Gevaren afstand: 735 nautische mijl (1.361 km)
Meest noordelijke punt: 80°04.1’ N / 011°50.9’ E
Hoogst aantal lagen kleding: 6
Aantal uren licht: 24 per dag vanaf aankomst in Longyearbyen
Aantal geschoten foto's: 1.789 (waarvan 527 ijsberen, 424 walvissen en 231 walrussen)
Dag 0: Amsterdam - Oslo (30 mei)
Gevlogen afstand: 995 km
Duur vlucht: 1 uur en 45 minuten
Grootste geluk: bagage tussendoor opgehaald op Oslo en ontdekt dat Svens rugtas 2 labels had (waarvan 1 naar Kirkenes)
We hadden erg naar deze dag uitgekeken en moesten de hele dag nog overbruggen, omdat we een avondvlucht naar Oslo hadden. Er werd ons aangeraden om op Oslo na te gaan of de bagage eerst door ons moest worden opgehaald, maar er was op het vliegveld rond middernacht geen mens die ons kon vertellen wat we vervolgens met onze grote tassen moesten doen. We hebben ze maar meegenomen naar onze overnachtingsplek, omdat we het maximaal aantal uren slaap (6,5) wilden halen. Dit is niet gelukt, want onze bed & breakfast bleek erg gehorig.
Dag 1: Oslo - Longyearbyen, aan boord expeditieschip (31 mei)
Gevlogen afstand: 2.043 km
Duur vlucht: 3 uur
Slechtste grap van de dag: "Er gaat vandaag geen vliegtuig naar Spitsbergen" (man bij Security)
GPS-positie om 16:00: 78°14.0‘ N, 015°37.4‘ E
Wind: kalm
Weer: helder
Temperatuur: 9° C
Wildlife: blauwe vinvis (max 30 meter), gewone vinvis (max 27 meter), dwergvinvis (6,5 - 7,5 meter), bultrug (12 - 19 meter)
De volgende dag ging onze vlucht ook alweer om 9 uur, om uiteindelijk 3 uur later in Longyearbyen te landen. Vliegend over de oceaan ontdekten we al het eerste zeeijs. En vanaf de bagageband lachte een opgezette ijsbeer ons toe. Dat is toch wel een beetje een rare gewaarwording.
We meldden ons bij de expeditieleider Jan en co-expeditieleider Arjen en onze tassen werden alvast naar het schip gebracht, terwijl wij een aantal uren hadden om Longyearbyen te bekijken. Met het idee dat we een natuurreis gaan doen in ons achterhoofd, was het een rare gewaarwording dat het grootste dorp van Spitsbergen (2.144 inwoners) overspoeld was door cruiseschippassagiers. Van een idylisch plaatsje was geen sprake. We waren er zelf vrij snel uitgekeken, alhoewel het museum wel de moeite waard was.
Vanaf 16:00 mochten we het schip op via een korte transfer met een zodiac en vrij snel daarna startte het programma. Om te starten was er een informatiesessie en vervolgens een safety drill. Hierbij moest ieder z'n nooduitrusting dragen, werden de namen omgeroepen en werden we gedirigeerd naar de reddingsboot. Het leukste kwam daarna: welkomstborrel in de bar om kennis te maken met de crew en het expeditieteam. We merkten tijdens het voorstelrondje dat de passie van ieder lid van het team af spatte. Het was heerlijk om te zien!
Het was vandaag heerlijk weer (een echte Spitsberger zou dit omschrijven als korte-broeken-weer), dus lang werd er niet gepraat. Het is deze reis vooral de bedoeling om buiten te spenderen. Mooi, dat willen wij ook!
Na het diner (we waren toen 'al' 3 uur onderweg). kregen we een eerste spektakel: alhoewel de crew het er tijdens het spotten niet helemaal mee eens was, zagen we 3 of 4 verschillende walvissen: de blauwe vinvis, de gewone vinvis, de dwergvinvis en de bultrug. Het is vrij uniek om deze verschillende beesten zo dicht bij elkaar in de buurt te zien, maar blijkbaar was er genoeg voedsel in de baai. Het was geweldig om te zien! We hebben er een uur of 2 naar staan kijken, samen met een groot deel van onze medepassagiers, die stuk voor stuk geïnteresseerd zijn in dit koude gebied.
Het water waar die grote walvissen in leven, is rond het vriespunt. En alhoewel het hier de hele dag licht is en het vandaag een mooie dag was, voelde het toch wel koud aan om op het voordek van het schip te staan. Uiteraard hadden we het er zeker voor over!
Dag 2: Danskøya & pakijs (1 juni)
GPS-positie om 08:00: 79°17.5‘ N, 009°42.6‘ E
Wind: kalm
Zee: kalm (golven 0 - 0,10 meter)
Weer: helder
Temperatuur: 11° C
Wildlife: walrus (2 - 3,5 meter)
Tijdens de eerste briefing hadden we al te horen gekregen dat we de planning van de route van deze trip wel in de prullenbak konden gooien. En het was niet omdat de route niet gewenst was, maar onmogelijk om te bevaren. Er was te veel pakijs op onze koers. Alhoewel wij in een ijsverstevigd schip varen, betekent het niet dat wij dwars DOOR het ijs kunnen varen. Pakijs is er schijnbaar in alle soorten en maten en het allerzwaarste pakijs is niet bevaarbaar. Dit betekent niet dat het een plek is die wij moesten vermijden. Juist niet. Op het pakijs leeft de ijsbeer en dus was het pakijs het doel van de 2e vaardag.
Uiteraard weet je niet hoe lang het duurt om er te komen, want onderweg kun je een hoop oponthoud hebben. Zo ligt er soms een hoop pakijs, wat ons tempo aanzienlijk vermindert. Het allerleukste oponthoud is natuurlijk wel het spotten van Arctische dieren. Dit gebeurde vandaag al vrij snel na het ontbijt in de vorm van zonnebadende walrussen op ijsschotsen. Het was heerlijk weer en daar genoten de dieren zichtbaar van. We namen de tijd om ze van alle kanten te bewonderen. Er lagen er, als we goed geteld hebben, 12 bij elkaar en verderop had een meer op rust gesteld blubberig exemplaar een ijsschots voor zichzelf gereserveerd. Het zag er aanlokkelijk uit om zo een dutje te kunnen doen met al je favoriete soortgenoten tegen je aan. Deze beesten hebben soms enorme slagtanden.
We voeren een tijdje in Smeerenburg Fjord met veel pakijs, dat voor het schip zonder problemen te doorkruisen was. Dit ging gepaard met krakend ijs. Af en toe vlogen er wat vogels rond en op elke ijsschots kon een walrus zitten, dus het was vooral goed opletten en geduldig afwachten. Ook voor ons was dit tijdens het zonnige weer geen straf. Er werden veel foto's gemaakt.
In de loop van de middag gingen we op zoek naar een plek om een landing te kunnen doen. Dat werd uiteindelijk Denemarken Eiland, omdat ons oorspronkelijke doel, Amsterdam Eiland te veel door pakijs was omgeven, waardoor het een risico voor de zodiacs zou zijn geweest. Het is natuurlijk een enorme organisatie om een groep van 120 personen en materiaal aan land te krijgen met 4 zodiacs die 10 personen kunnen vervoeren. Dat duurde dus wel even. Er moest ook eerst op het eiland gescout worden door het expeditieteam om te zien of er geen beren in de buurt waren. Deze kunnen echt overal zitten en dus mochten wij er niet op eigen houtje rond wandelen.
Toen eindelijk iedereen sneeuwschoenen aan had, gingen we in 3 verschillende groepen op pad. We liepen een heuvel op om zo een goed uitzicht te hebben op de ankerplaats van het schip. Sneeuwschoenen waren een noodzakelijk kwaad, omdat de sneeuw heel zacht was. Een aantal van de veel te dikke lagen kleding die we hadden aangetrokken, moest al snel uit, want we zweetten binnen no time. Dit is natuurlijk gek in een landschap met sneeuw en ijs. De wandeling was prachtig en tijdens een moment van stilte, hoorden we vogels kwetteren. En verder niets. Heerlijk!
Aan het begin van de avond voeren we verder in de richting van het zwaarste pakijs in het noorden. Er waren steeds meer vogels en het ijs werd steeds compacter. Het is net alsof je door een witte soep vaart af en toe.
We passeerden de 80° noorderbreedte lijn en bevonden ons inmiddels in de hoge Artic, nog maar 10 graden tot de Noordpool! Het schip zocht een 'parkeerplaats' in het pakijs om daar de nacht door te brengen. Alhoewel nacht iets heel geks lijkt, als het niet donker wordt. Sterker nog, rond middernacht stond de zon nog behoorlijk hoog in de lucht. De motor ging uit in de hoop dat een ijsbeer het schip zou benaderen en terwijl wij op 1 oor lagen, hoopten we dat we verblijd zouden worden met nachtelijk bezoek. In dat geval zouden we, uiteraard, uit bed getrommeld worden.
Dag 3: pakijs & Raudfjord (2 juni)
GPS-positie om 12:00: 79°51.2‘ N, 012°30.9‘ E
Windkracht: 3, zuid
Zee: onder gemiddeld (golven 0,5 - 1,25 meter)
Weer: helder
Temperatuur: 5° C
Afgelegde afstand in rood pakijs: 1,5 nautische mijl (2,8 km)
Tijd om uit rood pakijs te komen: 2 uur en 3 kwartier
Wildlife: baardrob (2 - 3 meter), walrus (2 - 3,5 meter)
Maar het werd morgen en we waren 's nachts niet gestoord. Later die dag zouden we horen waarom. Waar we vooral mee bezig waren, was WAT we zagen. Toen we naar bed gingen, was er nog wel een soort vaarroute waar het schip z'n weg door kon vinden. Dit was vanmorgen niet het geval. We waren terechtgekomen in het rode pakijs. Hoe dat precies werkt hadden we de tweede dag al geleerd: het meest compacte ijs is te vinden in het koudste gebied, dus vanuit de noordpool. Om dit gebied te kunnen bevaren, heb je een ijsbreker nodig. Dit is geen gebied waar wij willen komen met ons schip, want ons schip is 'slechts' ijsverstevigd. Het gebied wordt aangeduid met de kleur rood, wat inhoudt dat 90% van het zeewater of meer met ijs bedekt is. Niet echt bevaarbaar dus. Elke andere kleur ijs is met ons schip te doen.
Waar wij het schip gisteren 'geparkeerd' hadden, was in oranje ijs. Maar door een opstekende wind gedurende de nacht was er een lading rood pakijs rond ons schip ontstaan. Dit hield in dat wij een soort van gesandwicht waren: ingesloten door ijs.
Bij het eerste bericht dat over de intercom volgde, werd dan ook verteld dat de plannen wederom gewijzigd waren. Waar het ons eerder niet veel tijd had gekost om bij het Liefdefjord te komen, wat het oorspronkelijke plan was, werd het nu al een uitdaging om uit het rode pakijs te komen. Het ging gepaard met een hoop gekraak waar de Titanic een puntje aan had willen zuigen, ware het niet dat onze snelheid op standje slak stond en de kapitein heel goed wist wat hij deed.
Het was geen straf om uren te ploeteren door rood pakijs. Althans, dat was het voor ons niet. Waarschijnlijk wel voor de crew. Het was wederom een zonnige dag, met een minimum temperatuur die net onder het vriespunt lag, maar het was prima uit te houden op het zonnedek en het voordek van het schip. Door het scheuren van het ijs, vanwege ons geploeter, ontstond een interessante voedingsplek voor meeuwen; onder het ijs zit namelijk alg geplakt, wat wordt aangetrokken door visjes. Deze visjes worden door het breken van het ijs zichtbaar voor de vogels en dus tuurden we lang naar vissende vogels.
Na een tijdje kwamen we uit het pakijs en nog steeds was Liefdefjord, of het aangrenzende fjord ons doel vandaag. Maar ook dat zou later onmogelijk blijken. Tijdens een lezing over ijsberen werd duidelijk waarom. Het pakijs is, zeker ten opzichte van vorig jaar, veel zuidelijker aanwezig dan verwacht. De doorgang naar interessante plekken waar beren kunnen leven, is voor ons dan ook niet toegankelijk. Het zou kunnen zijn dat we ijsberen aan de randen van het pakijs signaleren, maar omdat het pakijs (nog) zo enorm groot is, is het territorium van de beer ook enorm groot. De kans om er hier 1 te spotten is heel klein.
Vorig jaar is de situatie heel anders geweest, waardoor dit gebied in dezelfde periode goed begaanbaar was. Yeah voor de ijsberen, shame voor ons.
Een landing met de zodiac was ook onmogelijk vandaag, maar vanwege de enorm rustige, vlakke zee, maakten we in plaats daarvan een zodiac tour. We zaten in de zodiac met Maria (uit Noorwegen) en alhoewel we als 1 van de laatsten vertrokken, konden we al vrij snel naar voren komen. Vanuit de zodiac konden we de zee en het ijs vanuit een ander perspectief zien. We zagen een baardrob en 2 walrussen, die we van dichtbij konden bekijken. In het begin leek het de beesten niet te storen; zonder opkijken sliepen vooral de walrussen verder. Na een tijdje werden ze wel wat onrustig en dus lieten we ze maar weer met rust. Het was ook leuk om ijsschoten te bekijken.
Later op het schip hoorden we over onze nieuwe plannen: we gaan terug naar het zuiden, met meer kans op beren.
Dag 4: Sarstangen & Fuglehuken (3 juni)
GPS-positie om 08:00: 78°57.0‘ N, 011°01.8‘ E
Windkracht: 4, zuid-zuid-oost
Zee: gemiddeld (golven 1,25 - 2,5 meter)
Weer: bewolkt
Temperatuur: 4° C
Wildlife: walrus (2 - 3,5 meter), Svalbard rendier (1,5 - 1,6 meter)
Tijdens de nacht hebben we meer in open zee gevaren, waardoor het schip veel schommelde. In de ochtend kwamen we aan bij schiereiland Sarstangen, waar we aan land gingen met de zodiacs. Er lagen walrussen op het strand, waar we best dichtbij konden komen. Wel moesten we ze rustig naderen en niet te veel geluid maken. En terwijl ze daar lekker bij elkaar lagen (niet in de zon, het was vandaag behoorlijk bewolkt), werden er duizenden foto's van ze gemaakt.
's Middags deden we nog een tweede landing bij Fuglehuken, een plek met Svalbard Rendieren en veel vogels. We hebben er rondgewandeld in dikke wolken. Het was er heel mooi.
Dag 5: Hornsund: Samarinvågen & Brepollen (4 juni)
GPS-positie om 08:00: 77°04.1‘ N, 014°14.7‘ E
Windkracht: 5, noord-noord-west
Zee: gemiddeld (golven 1,25 - 2,5 meter)
Weer: deels bewolkt
Temperatuur: 4° C
Wildlife: ijsbeer (2 - 2,5 meter), baardrob (2 - 3 meter)
De spanning op het schip was duidelijk te voelen: vandaag zou het wel eens kunnen gebeuren.
Na het ontbijt kwamen we aan bij Hornsund; een enorm groot fjord gelegen in zuidelijk Spitsbergen. We voeren het fjord in terwijl we op het voordek in de zon stonden. Het landschap was prachtig: gletsjers, spitse bergen, sneeuw, ijs, veel vogels (waaronder papegaaiduikers).
En toen zagen we ineens verse ijsberensporen in de sneeuw. Niet veel later werd er omgeroepen dat iemand op de brug de beer gezien had. Het duurde een paar minuten voordat Sven 'm ook zag, maar Marijke was bijna een half uur bezig met turen, voordat ze 'm eindelijk zag.
We volgden de beer een tijd vanaf het schip en ze kwam steeds dichterbij. Het was echter nog wel een eind bij ons vandaan, omdat het schip niet te dicht bij de beer wilde of kon komen. Het is soms moeilijk een inschatting te maken hoe ver iets van het schip ligt. Vooral als je alleen sneeuw, ijs, water en bergen als referentiekader hebt. Maar met zo'n ijsbeer die door je beeld heen loopt, heb je er een beter beeld bij.
In het begin van de middag, we volgden de beer toen nog steeds vanaf het expeditieschip, probeerden we dichterbij te komen met de zodiacs. Dat lukte en leverde de foto's op die we mee naar huis wilden nemen! We volgden de beer weer een tijdje, tot bij een gletsjer, waar het erg winderig was.
Daarna lieten we haar maar eens met rust (we hadden de beer inmiddels zeker 4 uur gevolgd). We gingen vervolgens naar een andere gletsjer, waar we een baardrob met jong zagen. Ook waren er mooie ijsformaties op de foto te zetten.
Om deze heerlijke dag af te sluiten, hadden we een Artische BBQ op het helikopterdek.
Dag 6: Hornsund: Gnålodden & Brepollen (5 juni)
GPS-positie om 08:00: 77°01.6‘ N, 015°56.4‘ E
Wind: kalm
Zee: kalm (golven 0 - 0,10 meter)
Weer: mistig
Temperatuur: 7° C
Wildlife: ringelrob (1,5 meter), ijsbeer (2 - 2,5 meter), walrus (2 - 3,5 meter)
Vandaag was een geweldige dag!
In de ochtend deden we een landing bij Gnalodden: een plek met zowel natuur als cultuur. Er was een vogelrots en de uitzichten waren weids. Er waren verse ijsberensporen die we vergeleken met onze eigen voetzolen (wow, groot!) Het eiland is ooit bewoond geweest door de eerste vrouw die op Spitsbergen overleefde, die de held van expeditielid Maria was.
We namen er 2 uur de tijd om het eiland te ontdekken.
's Middags tuurden we lang naar drie gele stippen op het ijs, dat zou moeten doorgaan voor ijsberen. En verderop nog 1. Het kon niet op! 4 ijsberen 'gezien' in een aantal uur tijd. Het was echter absoluut niet dichtbij; het zouden voor ons gevoel ook mieren kunnen zijn. Maar toen was er goed nieuws: de drie stippen kwamen dichterbij.
Totdat moeder en 2 kleintjes ons ook gespot hadden en op het schip afkwamen. Ze kwamen verrassend dichtbij! Terwijl de kids wat speelden, jaagde moeder op een zeehond dichtbij het schip. Helaas lukte het haar niet om het beest te vangen.
De beren waren zo overweldigend mooi, zo dichtbij, zo kwetsbaar. Maar ook was er de verbazing van een ieder op het schip dat er zowaar kleintjes rond liepen. 2 zeer nieuwsgierige 'puppies', die ons nauwlettend in de gaten hielden en ons op een goed moment na deden door op hun achterpoten te gaan staan, zodat ze ons nog beter konden zien.
Dit was waarvoor we deze reis gemaakt hebben! Zo geweldig!
Later in de bar tijdens de nabespreking toonde Arjen ons een filmpje dat hij gemonteerd heeft van de afgelopen dagen en volgde een lezing van Bill waarmee hij ons bewust wilde maken van wat we gezien en gedaan hebben de afgelopen dagen. Alles bij elkaar was het een hele emotionele dag.
Dag 7: Bellsund: Recherchebreen & Van Keulenfjorden (6 juni)
GPS-positie om 08:00: 77°32.6‘ N, 014°39.6‘ E
Windkracht: 7, oost-noord-oost
Zee: onder gemiddeld (golven 0,5 - 1,25 meter)
Weer: gedeeltelijk bewolkt
Temperatuur: 8° C
Wildlife: walrus (2 - 3,5 meter), gewone vinvis (max 27 meter), bultrug (12 - 19 meter)
Vandaag was de laatste dag van de expeditie.
We deden 's morgens direct na het ontbijt een landing bij een lagune in het Recherchefjord. Onder leiding van Jan en met Aad in de achterhoede liepen we daar 2,5 uur rond over stenen, sneeuw, ijs en door water. Onze geleende rubberen laarzen kwamen weer goed van pas. De gletsjer was de moeite waard en de uitzichten waren prachtig, vooral door de donkere wolken die in het fjord hingen. Het waaide stevig vandaag, vooral in de buurt van de gletsjer hadden we 'last' van de katabatische wind. Het gekke van deze wind was, dat ie van het ene op het andere moment helemaal stil viel.
Bij de gletsjer zagen we 3 ringelrobben (zeehonden) op het ijs.
In de oorspronkelijke planning die gisteren was gemaakt, stond een tweede landing op het programma, maar daarvoor waaide het te hard. Het uitwaaien vanaf het schip was al snel niet leuk meer, dus we begrepen waarom de zodiacs niet te water gelaten werden. Ja, wij zouden het wel hebben overleefd, maar er zitten natuurlijk ook minder avontuurlijke passagiers op de 'Ortelius'.
We hebben een tijd staan mijmeren op de brug en later die middag zagen we nog 2 zwemmende walrussen. Verder hebben we een lezing van 5 kwartier gevolgd over de geschiedenis van Spitsbergen. Jan wist ons met een hoop jaartallen en namen om de oren te slaan. Echt geweldig dat hij dit allemaal uit z'n hoofd deed!
Na een afscheidsdiner en -borrel kwamen we weer aan in de baai waar op de eerste avond walvissen zaten. Het zeer discutabele vandaag was dat er ook 2 Noorse walvisvaarders in de baai vertoefden. We werden geïnformeerd dat deze alleen op de dwergvinvis mochten jagen, dus we hielden ons hart vast dat die vanavond maar een andere baai hadden uitgezocht. Vooral voor de beesten zelf natuurlijk! Gelukkig zagen we deze walvissen vanavond niet, maar er was wel weer activiteit rondom de gewone vinvis, maar vooral een hongerige bultrug hield onze aandacht uren in z'n macht.
De bultrug konden we van dichtbij benaderen met het schip, terwijl hij een aardige deuk sloeg in de voorraad krill in deze baai. Het was geweldig om 'm te zien duiken, waarbij de staart boven water kwam. Ook zijn prachtig witte vinnen konden we vanaf het schip met het blote oog bewonderen en steeds als ie een voorraad krill naar binnen had gewerkt tijdens een duik, moest het overtallige water door een soort filter naar buiten geperst worden, wat een prachtig gezicht was om te zien.
Het was daardoor moeilijk om afscheid te nemen van dit spektakel. Wat we om half 1 in vol daglicht schoorvoetend deden. Een geweldig einde van een fantastische expeditie!
Dag 8: Longyearbyen - Amsterdam (7 juni)
Gevlogen afstand: 3.038 km (995 + 2.043)
Duur vlucht: 5 uur (3 + 2) en een wachttijd van 3,5 uur
Aan alle goede dingen komt een einde; zo ook aan deze reis. We hebben van elke minuut genoten en zijn met een aantal inzichten naar huis teruggekeerd.
Ten eerste: neem niet alles als vanzelfsprekend. Alles wat wij gezien hebben, is bijzonder. Wij willen blijven genieten van elk bijzonder moment dat we beleven!
Ten tweede: de mens doet de natuur heel wat leed aan. De ijsbeer is hier een soort ambassadeur van, maar ook andere dieren lijden. Wat kunnen we zelf doen om hieraan een kleine bijdrage te leveren? Een mooi vraagstuk om af en toe over te mijmeren.
Ten derde: wat heerlijk is het om even 'contactloos' te zijn. Geen internet, geen bereik. Op een gegeven moment hadden we echt het besef dat we werkelijk geen idee hadden wat er elders in de wereld gebeurde.
Ten vierde: hoe fijn is het om gewoon te zijn waar je bent; alle aandacht te richten op wat er gebeurt op dat moment. Het geeft een bepaald gevoel van rust.