Rondom Cluj Napoca
27 september - Romanian dream job in Cluj Napoca
Vanochtend hebben we nog een paar uur de tijd genomen om het moois van Alba Iulia te bewonderen. We bekeken de katholieke kerk uit de 11e eeuw van binnen en liepen een stuk tussen de 2 stadsmuren. Het was er uitgestorven.
Daarna maakten we wat kilometers in de richting van Cluj Napoca. Het was behoorlijk druk. Vooral in de dorpen Teiuş en Aiud bewoog het verkeer stapvoets. Zoals al eerder gezegd maakt dat de Roemenen wat ongeduldig en er waren exemplaren bij, die gewoon inhaalden op de tweebaansweg, terwijl we in de file stonden, om hun auto er 4 auto's verderop gewoon tussen te knallen. Wat waarschijnlijk alleen maar voor meer oponthoud zorgde. In Aiud waren we de drukte even zat en we parkeerden de auto in de buurt van 3 kerken. We namen er een kijkje en waren vooral benieuwd naar de ommuurde kerk. We liepen een rondje om de muren heen om de ingang te vinden. Helaas was de kerk dicht.
Eenmaal terug de drukte in bleek dat er verderop wegwerkzaamheden waren. Aangezien het verkeer dan meestal over 1 baan wordt geleid, staan er vaak lange wachtrijen. Deze keer kwam er een ambulance die erdoor moest en al het stilstaande verkeer maakte moeiteloos ruimte voor de wagen. Marijke had wel verwacht dat er een brutale Roemeen met haast achteraan zou rijden, maar dit bleek niet te kloppen en al snel was het gat weer verdwenen.
We brachten een bezoekje aan de zoutmijnen; Salina Turda. Deze zijn niet meer in gebruik als mijn, maar er is een pretpark van gemaakt. We liepen eerst door de kilometer lange gang naar de oude ingang en toen weer terug om wat van de mijn te zien. Waar het echt om draaide, was een ruimte met een hoogte vergelijkbaar met een flat van 13 verdiepingen. We daalden de trappen af (alhoewel er ook een lift was) om uit te komen op de bodem van de mijn. Hier was een reuzenrad en er konden verschillende sporten gedaan worden. Het was zelfs nog mogelijk geweest om nóg dieper de mijn in te gaan om in een roeiboot te varen. De mijn was qua grootte best indrukwekkend en toen we de trappen weer op liepen, merkte we inderdaad dat er zout aan de leuningen zat.
Het was nog maar een klein stuk rijden naar Cluj Napoca, waar we dwars door het centrum moesten rijden. Doordat we niet op de goede baan zaten, reden we niet in 1 keer goed, maar we zijn er zonder kleerscheuren vanaf gekomen.
Nadat we de spullen en de auto hadden achtergelaten bij ons pension, wandelden we de stad in. We vonden Cluj een leuke stad om in rond te lopen. Veel kerken, mooie gebouwen en een stuk van de oude stadsmuur was bewaard gebleven. Het viel wel op dat er veel sirenes door de straten loeiden. En toen kwam het in ons op dat ambulance chauffeur wel dé droombaan van een Roemeen moet zijn: lekker doorrijden en inhalen, iedereen gaat voor je aan de kant. Dat kan niet missen.
28 september - border city Oradea
We hadden vandaag maar een korte rit, dus we deden rustig aan. We besloten te ontbijten in het pension en kwamen er toen pas achter dat dit inbegrepen was in de prijs voor de kamer. De informatie in de kamer was niet vertaald naar het Engels en het was ons eerder ook niet verteld. En alhoewel we van sommige informatie wel kunnen ontcijferen wat het betekent, was dit gedeelte aan ons voorbij gegaan.
Daarna gingen we op pad richting de grens met Hongarije. De route werd ook veelvuldig door vrachtwagens gebruikt, waarvan er gelukkig slechts 1 een griezel van een Roemeen was die vond dat wij een andere vrachtwagen maar moesten inhalen (lees: die kwam al seinend haast door de achterkant van de auto heen met 90 km per uur).
Omdat wij er niet zo veel trek in hadden om gedwongen te worden in te halen, zijn we maar even aan de kant gegaan voor die sukkel. Maar voor de rest was het gewoon een pracht van een route, door glooiend landschap en dwars door kleine dorpjes.
In Oradea vonden we in 1 keer ons hotel, wat best wel een vermelding waard is. Er was namelijk 1 heel bijzondere rotonde bij, die best kans had gemaakt om te mislukken, maar hulde aan de chauffeur! Omdat de kamer nog niet klaar was, zijn we maar gelijk aan de lunchtafel aangeschoven.
De hele middag lag voor ons om Oradea te ontdekken en het was allemaal de moeite waard op een paar kleine schoonheidsfoutjes na. Het paleis dat een must was om van binnen te bekijken, bleek vanaf 3 uur te sluiten en toen wij er aan kwamen, gaf de naastgelegen kerkklok juist het teken dat de deuren van het paleis gesloten mochten worden. Natuurlijk was het handig geweest om er van tevoren achter te komen, maar wie verwacht nu dat een museum zo vroeg sluit? Het tweede gevalletje 'beetje jammer' kwam, toen er een hek bleek te staan dat het pad in de richting van een uitzichtpunt versperde. Gelukkig maakten de mooie kerken, gebouwen en pleinen in het centrum een hoop goed. En het terras op het plein zat ook prima. De serveerster sprak geen woord Engels en we haalden ons bier maar zelf in de pub. We vermoedden zelf dat we op het verkeerde terras waren gaan zitten, maar ze kreeg het ons niet uitgelegd. En wij hielden ons van de domme, want haar terras was vele malen beter dan het terras waar we waarschijnlijk hadden moeten gaan zitten.
29 september - slow down to Bistriţa
We maakten vandaag een prachtige roadtrip door met een detour via de streek Maramureş te touren. Zodra we de afslag in Aleşd naar links namen in de richting van Zalău, viel een deken van rust over ons heen. Het was net of we in een andere wereld terecht gekomen waren. Er stonden meer paarden met kar op de weg dan we tot dan toe gewend waren, er liepen meer mensen op de straten in de kleine dorpjes waar we doorheen gingen, maar, ook niet geheel onbelangrijk, de meeste mensen reden rustiger. Wat heerlijk! En al snel reden we door prachtige bossen, mooi glooiend landschap en keken we uit over valleien met akkers en wat huizen, nadat we in hoogte gestegen waren.
Het was een behoorlijke rit en toen we bij de randen van de stad Baia Mare waren aangekomen, begonnen onze magen ondertussen om aandacht te vragen. Aangezien restaurants langs de route schaars zijn, gingen we vol in de ankers bij het zien van het eerste bord. Deze plek werd overduidelijk vooral door locals gebruikt. Wij waren het enige tafeltje dat om een kaart vroeg. De bediende wees ons 3 verschillende soepen op de kaart aan (waarschijnlijk omdat hij dit Engelse woord in zijn lijst van 10 had staan) en zo zaten we een kwartier later aan een grote kom boerengroentesoep met varkensvlees. En een mand vol witte boterhammen niet te vergeten. Daarmee hielden we het wel even uit. En de rekening was iets hoger dan 5 euro, inclusief drankjes...
We reden vervolgens verder naar Bârsana, om daar op zoek te gaan naar 1 van de houten kerken van Maramureş die op de werelderfgoedlijst vermeld staan. Gek genoeg was het lastig om erachter te komen hoe we er moesten komen en toen we op iemands erf bleken te lopen, kregen we een aanwijzing in het Roemeens van een vrouw die de was aan het doen was. Gelukkig konden we het Roemeense woord voor 'rechts' onderscheiden. De kerk stond eenzaam op een heuveltop en alhoewel er volgens het bordje iemand zou moeten zijn, was de plek ook daadwerkelijk uitgestorven. Gelukkig was het hek naar de kerk open en konden we er tussen de graven door over een pad dichtbij komen. Helaas was de deur van de kerk goed op slot gedaan, zodat we niet binnen konden kijken. Na een rondje om de kerk gelopen te hebben, besloten we naar de tweede bezienswaardigheid van Bârsana te gaan: het klooster. Dit lag pal naast de doorgaande route. We parkeerden de auto op de parkeerplaats (wat trouwens behoorlijk luxe is hier, want meestal moeten we de berm gebruiken) en liepen de trap op in de richting van de toegangspoort. Een hond lag vredig te slapen in de zon voor de ingang. Toen we de tuinen van het klooster in liepen, kwamen we terecht in een onwerkelijke maar prachtige wereld. De tuin was groen en vol bloemen. Er stonden een aantal houten gebouwen kriskras verspreid in de tuin, waaronder een houten kerk met een hoogte van 56 meter. Dit maakt het het hoogste houten gebouw van Europa. Van binnen waren de muurschilderingen en het houtsnijwerk te bewonderen. Alhoewel er meer toeristen rondliepen, was het heel rustgevend om door over het complex rond te lopen.
Het laatste deel van de route ging naar Bistriţa, waar we aan het eind van de middag aankwamen. Het centrum van deze plaats was klein. De kerk was dicht en er was een muziekfestival gaande, dat er niet al te spetterend uit zag.